15. Objectieve werkelijkheid of waarnemer en werkelijkheid

Van de kwantummechanica kunnen we veel leren over waarnemingen. Op kwantumniveau wordt duidelijk dat bij een waarneming – een interactie – zowel de waarnemer als het object veranderen. Je kunt trouwens beide zien als waarnemer, en beide als object. Waarnemer en object veranderen, en de uitkomst van deze verandering is zowel afhankelijk van de inbreng van de beide deelnemers (upward causality), als van de omgeving waarmee de deelnemers via verstrengelingen samenhangen (downward control). De samenhang, de context, draagt bij aan de uitkomst.

Wanneer je de bandenspanning van een autoband meet, laat je een klein beetje lucht uit de band lopen. Je verlaagt daarmee de druk een beetje. Ook de waarnemer, in dit geval de drukmeter, verandert. De druk in het apparaat wordt hoger, en daarna delen ze dezelfde druk, dezelfde informatie. De waarneming doet iets met beide.

In onze dagelijkse omgeving speelt dezelfde samenhang als op kwantumniveau. We bespraken in de inleiding, hoofdstuk 1, al het voorbeeld van de bak met water en de thermometer. Bij de meting delen ze dezelfde informatie. Ze zijn heel even een geheel, totdat ze interacties aangaan met andere systemen. Bedenk wat er gebeurt bij waarnemingen die mensen doen. Het beeld dat wij vormen van een situatie wordt mede bepaald door onze achtergrond. Het wordt gekleurd door onszelf, door hoe wij door het leven zijn gevormd. En we veranderen opnieuw door elke volgende waarneming.

Probeer eens een definitie te maken van ‘objectieve werkelijkheid’ wanneer je weet dat bij een waarneming zowel de waarnemer als het object veranderen. Hoe is zij te kennen?

De werkelijkheid is afhankelijk van onze waarneming
Een filosofisch beschrijving van de rol van de waarnemer geeft Keith Ward in More Than Matter? [1]. Hij stelt dat er geen kleuren, geluiden, reuk of smaak bestaan als er geen observator is die ze kan waarnemen.

“Any physicist will say that brains are mostly empty space, in which molecules, atoms, electrons, quarks, and other strange particles buzz about in complicated ways. It seems as though physical objects, when not being observed, have no colours, and no sounds, smells or tastes either. Sounds, like colours, are not physical events. Neither are smells, tastes, or sensations. Things do not smell like, taste like or feel like anything, when nobody is smelling, tasting, or feeling them. The physical world, it seems, is totally vacuous. No colours, sounds, smells, tastes, or sensations. What on earth is left?”

Ward gebruikt deze redenering in een groter verhaal voor het bestaan van een God. Maar je kunt er ook in lezen dat kleur, geluid, geur, gevoel, kortom alles, alleen betekenis heeft wanneer er een waarnemer is.

Het perspectief van de vraagsteller. Bij gesloten vragen maakt de vraagsteller de keuzes.
Veel zaken in onze dagelijkse omgeving zijn zo stabiel dat we de wereld als een objectieve werkelijkheid ervaren. En dat kleurt ons denken. Dan wordt het paradigma van de analyse de dominante denkwijze. De taal die daarbij hoort is een taal die, alleen al door het gebruik van woorden, indelingen maakt in categorieën en verzamelingen. Voor zaken die door hun onregelmatigheid of veranderlijkheid moeilijk in te delen zijn definiëren we categorieën. De vragen die bij dit paradigma horen zijn vragen die indelen. Het zijn gesloten vragen. De vraagsteller geeft beperkte keuzemogelijkheden, vaak met alleen ja of nee als antwoord. Soms met een weging van de antwoorden. Maar de bevraagde kan niet elk denkbaar antwoord geven. Deze analytische benadering is in veel gevallen nuttig. We zijn er goed in. Deze route van beslisbomen is bovendien zeer geschikt voor een digitale verwerking in geautomatiseerde systemen. Bedenk echter vanuit welk perspectief hier gekeken wordt. Is een gesloten vraag neutraal? Wie staat hier centraal, de vraagsteller of de bevraagde?

Geautomatiseerde systemen zijn aantrekkelijk en goedkoop. Vaak zelfs gratis. Maar let dan op wie of wat er eigenlijk centraal staat:
‘Als een dienst gratis is, dan ben je zelf het product’.

Het perspectief van de bevraagde. Bij open vragen kan de bevraagde zelf zijn observatie benoemen.
Wanneer we oog hebben voor subjectieve ervaringen, dan hebben we een andere taal nodig met andere vragen. Geur, kleur, pijn, verdriet en dankbaarheid, ze zijn niet objectief. In het dagelijks leven hebben we te maken met deze dingen die geen optelsom van bouwstenen zijn, en waarbij oorzaak en gevolg niet duidelijk zijn. Daar bestaat dus ook taal voor. Het zijn woorden die zeggen dat het geheel meer is dan de som der delen (‘voetbal is geen boekhouden’), en dat er nieuwe dingen kunnen ontstaan (‘de chemie in het proces’). Een taal die erkent dat emoties en visies subjectief zijn (‘Je kunt de pijn van een ander niet voelen’, ‘Ik zie dat heel anders’ of ‘over smaak valt niet te twisten’). Ook de vragen moeten anders zijn dan bij een objectieve visie. Een manier om met taalgebruik recht te doen aan het perspectief van de bevraagde is het stellen van open vragen. Die vragen beginnen met ‘wie’, ‘wat’, ‘waar’, ‘wanneer’ en ‘hoe’. Bij een open vraag is elke uitkomst nog mogelijk. De uitkomst bevindt zich als het ware in ‘superpositie’. Pas bij een antwoord vervalt de onbepaaldheid van alle denkbare mogelijkheden tot één daarvan. De bevraagde oordeelt en beschrijft zelf zijn waarneming en kan deze (door te antwoorden) delen met de vraagsteller. Dit is anders dan beslisbomen met gesloten vragen. Bij beslisbomen worden hypothesen (meningen, keuzes) van de vraagsteller getoetst. Met de oplossingsgerichte aanpak die we in dit boek bespreken zoekt men naar de eigen antwoorden, de visie van de patiënt of cliënt. Deze aanpak heeft zich inmiddels in de praktijk bewezen. De weliswaar open vraag ‘waarom’ wordt bij de oplossingsgerichte aanpak niet gebruikt, omdat deze vraag bedoeld is om oorzaken te achterhalen en daarmee binnen het paradigma van de analyse thuishoort (hoofdstuk 2).

In de inleiding schreven we dat we de bomen én het bos willen laten zien. Analyse én synthese. Reductie is de weg van de analyse. Hierbij gaat verbindende informatie verloren. Je kunt ook samenvoegen, combineren, en nieuwe dingen maken. Informatie toevoegen. Dat is de weg van de synthese. Het zal inmiddels niet meer verbazen dat we voorstander zijn van aandacht voor beide.

Respecteer de zienswijzen van anderen
Wanneer je het idee van een objectieve werkelijkheid loslaat is het makkelijker om denkbeelden en zienswijzen van anderen te accepteren. We kennen allemaal de gulden regel: ‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook de ander niet’ uit de Bijbel. Soortgelijke spreuken zijn bekend uit veel andere religieuze en filosofische teksten. Met een visie op subjectieve werkelijkheden kom je vanzelf tot een nog mooiere platina regel: ‘Behandel anderen zoals zij behandeld willen worden.’

In een objectieve werkelijkheid is de wereld voor iedereen hetzelfde. Bij stabiele onderwerpen kun je daarmee goed uit de voeten. Een onderwerp ziet er dan voor elke waarnemer hetzelfde uit. Maar bij veranderlijke onderwerpen gaat dit niet op. Wanneer je dit vertaalt naar patiëntenzorg is dat een goede reden om daarbij het perspectief van te patiënt te volgen. Huber en anderen [2] vonden in hun onderzoek bij verschillende belanghebbenden in de gezondheidszorg (patiënten, behandelaars, beleidsmakers, verzekeraars, public health actors, burgers en onderzoekers) opvallende verschillen in hun meningen over gezondheid. Een oordeel over gezondheid is blijkbaar afhankelijk van de waarnemer. Dit is een argument om aan te sluiten bij het gezichtspunt van de patiënt. Behandel hen zoals zij behandeld willen worden.

In het kort:

  • Bij een waarneming verandert zowel de waarnemer als het object.
  • Je kunt een gesloten vraag stellen om een hypothese te toetsen. Bij gesloten vragen maakt de vraagsteller de keuzes.
  • En je kunt een open vraag stellen. Dan maakt de bevraagde zelf de keuzes.
  • Er zijn goede redenen om in de gezondheidszorg aan te sluiten bij het perspectief van de patiënt/cliënt (de bevraagde).
  • De gulden regel is: Behandel anderen zoals je zelf behandeld wilt worden. Maar de nog mooiere platina regel is: Behandel anderen zoals zij behandeld willen worden.