Procrustes en Hephaistos
Als afsluiting bieden we u twee korte verhalen over goden en godenzonen. Er zijn in de loop van de tijd veel verschillende lezingen ontstaan over Procrustes en Hephaistos. Deze versies vonden wij van toepassing. Luister en huiver.
Procrustes, zoon van Poseidon, was een schurkachtige smid in het oude Griekenland. Hij had een herberg in Attica waar reizigers op doortocht konden overnachten. Elke voorbijganger nodigde hij uit om te blijven slapen. Maar de argeloze gast die hierop inging was beslist beklagenswaardig. Hij kreeg voor de nacht een bijzonder bed toegewezen, en zodra de arme man sliep kwam Procrustes kijken of zijn gast precies in dat bed paste. Wanneer de gast niet paste – en dat was altijd het geval, want Procrustes kon het bed verstellen – werd hij bewerkt met het tuig van de smid. Was hij te kort dan werd hij uitgerekt. Bleek hij te lang dan werden de uitstekende delen geamputeerd. Alle reizigers stierven als gevolg van deze behandelingen. En Procrustes? Hij roofde hun bezittingen. Dit terreurbewind kon hij vele jaren volhouden tot hij werd gegrepen door Theseus, held van Athene. Deze dwong hem om zijn eigen lichaam aan te passen aan zijn bed, zoals hij bij al die vreemdelingen had gedaan.
De herberg stond nu leeg. Maar niet lang. De werkplaats zou namelijk spoedig onderdak bieden aan een andere smid, de godensmid Hephaistos, zoon van Zeus en Hera. Hephaistos had bij de andere goden op de berg Olympus gewoond, maar hij was lelijk en liep mank als gevolg van een misvorming van zijn voet. Hij werd gepest, en zijn ongemak en gehink waren voortdurend onderwerp van spot en hoongelach. Met zijn twee rechterhanden maakte hij weliswaar de beste wapens en de mooiste tronen die bij alle goden in de smaak vielen, toch was hij als medebewoner van de berg niet erg geliefd. En op een kwade dag wierp Zeus, de oppergod, hem uit woede, of was het verveling, van de Olympus naar beneden. Na een vrije val die een dag duurde kwam hij in de zee terecht. Wie die nacht voor de kust van Attica zeilde, hangend in de touwen door de harde oostenwind (maar zo iemand was er niet op dat moment), zag dat Hephaistos werd gered door een dolfijn. Want door zijn gebrek kon hij niet zwemmen. Uitgeput kwam hij aan bij de verlaten smederij. Hij besloot zich daar te installeren. Als eerste bouwde hij twintig bronzen driepoten met wielen, die zelfstandig konden rijden. Ze dienden om hem te helpen bij het voortbewegen, en ook om zijn toekomstige producten naar de Olympus te brengen. En hij maakte automata, assistenten van goud, in de vorm van vrouwen. Dit was een bijzondere prestatie, zelfs voor een god. Zij konden hem verstaan, spraken met hem, en hielpen bij het werk. Later zou hij trouwens nog Pandora maken, de eerste vrouw. Zij was een geschenk aan de mensen, die tot dat moment allen mannen waren. Na deze eerste vingeroefeningen kon hij beginnen met opdrachten voor anderen. Zijn klanten waren zowel goden als stervelingen. Hij kon goed luisteren, had oog voor de talenten van zijn klanten, en maakte de spullen naar de beschrijving van hun wensen. In combinatie met zijn creativiteit werd dat gezien als het geheim van zijn vakmanschap. En zo ging het ook bij Hermes, zoon van die zelfde Zeus, maar van een andere moeder, de bergnimf Maia. Hermes was de god van de handel en de reizigers, maar ook patroon van de dieven. Hij was vermomd als sterveling naar de herberg gekomen, omdat ook hij aan de pesterijen op de Olympus had meegedaan. Hermes wilde kunnen vliegen en hij wist dat alleen Hephaistos hem daarbij zou kunnen helpen. Hephaistos die heel goed had gezien wie hij voor zich had, liet niets merken. Hij vroeg naar de wensen van zijn klant en nodigde hem uit een gedetailleerde beschrijving te maken van zijn verlangen om te kunnen vliegen. Hij combineerde de dromen met de atletische talenten van de waaghals. En samen ontwierpen ze een gevleugelde helm en gevleugelde sandalen. Het resultaat was niet alleen verbluffend effectief, het waren ook nog eens toonbeelden van grote schoonheid. Deze en vele andere attributen bezorgden Hephaistos grote roem en brachten hem uiteindelijk terug op de Olympus om daar alleen nog voor de goden te werken.
De meedogenloze werkwijze van Procrustes met zijn obsessie voor gemiddelden is bij ons stervelingen beter bekend dan de samenwerkingsvorm van Hephaistos. Laten we hopen dat Hephaistos van de Olympus afdaalt om ons de toevoeging van creativiteit en vakmanschap te leren.